Na meer dan 2 jaar coronamaatregelen was het midden april eindelijk zover, mijn eerste buitenlandse zending voor Defensie! Met de Marine had ik natuurlijk wel al enkele mooie havensteden bezocht, maar door de coronabeperkingen de afgelopen jaren konden we hier jammer genoeg niet echt van gebruik maken. Nu was het moment dan eindelijk daar, met meteen een klepper van formaat als bestemming: de United States Naval Academy!
Naar goede gewoonte organiseerde de Naval Academy, ook wel USNA genoemd, haar jaarlijkse conferentie aangaande buitenlandse zaken en politiek. Dit jaar was het de 62e keer dat deze conferentie, NAFAC genaamd, werd georganiseerd. Het thema voor deze editie was ‘Partnership in the 21st century: aligning values and interests in a multipolar world’. Drie dagen lang werden studenten van maar liefst 27 verschillende landen uitgenodigd om lezingen en panels mee te volgen en om deel te nemen aan de zogenaamde ‘Round Tables’. Hierbij voerden we in kleine groepen een intensief debat over verschillende politieke onderwerpen, zowel op globaal vlak als specifiek voor de Verenigde Staten.
Hoewel ik als masterstudent polytechniek tijdens mijn academische opleiding niet veel gerelateerde vakken heb gehad, was het een fantastische ervaring. Tijdens deze conferentie heb ik op korte tijd enorm veel bijgeleerd en geweldige mensen leren kennen, verspreid over heel de wereld. De lezing die me het meest zal bijblijven is ongetwijfeld deze van John Chris Inglis, door president Biden aangesteld als de eerste ‘National Cyber Director’ van de Verenigde Staten. Tijdens zijn lezing over het belang van cyberveiligheid, zowel nu als in de komende jaren, voelde ik me als polytechnieker echt aangesproken. Met het oog op de oprichting van onze eigen Belgische cybercomponent was dit een zeer leerrijke ervaring.
Naast het bijwonen van de lezingen zelf kregen we ook de kans een week te leven op de campus van de USNA, inclusief overnachtingen samen met enkele laatstejaarsstudenten in de zogenaamde ‘Bancroft Hall’, één van de grootste logementsblokken ter wereld. Iedere gast kreeg een laatstejaars als begeleider toegewezen, die ons kon rondleiden doorheen de school. Ondanks de beperkte tijd die we konden doorbrengen op de campus, kan ik alvast één zaak met zekerheid concluderen: in Amerika is effectief alles bigger& better (of toch op het eerste zicht).. De schaal van deze campus, waar ongeveer 4500 studenten dagelijks leven en les volgen, is in niets te vergelijken met onze eigen Koninklijke Militaire School. Rugbyvelden, zwembaden, een haven voor zeilschepen, een kerkhof,… werkelijk alles is aanwezig op de campus van de USNA!
Kortom, het was een geweldige ervaring en een verrijking op zowel professioneel als persoonlijk vlak!
2VZ KBO Pieter BEERTEN
Reactie toevoegen